Dit tekstgedeelte gaat over het witte troon oordeel, volgens de christelijke leer het moment waarop Jezus spoedig (het is altijd spoedig) terugkeert naar deze aarde om de zielen van de levenden en de doden te oordelen (het zgn. laatste oordeel), en waar Hij tevens de wereld definitief zal verlossen van het kwaad en er een nieuwe hemel en nieuwe aarde komt. Hij beslist dan wie eeuwig mogen blijven leven, en wie in de hel belanden, waar ze eeuwig zullen branden als straf voor hun zondig leven – aldus deze visie.
Laten we eens kijken wat de bijbel zegt over het tijdstip van het zgn. laatste oordeel. We lezen in Mattheus 16 het volgende,
“Want de Zoon des mensen zal komen in de heerlijkheid zijns Vaders, met zijn engelen, en dan zal Hij een ieder vergelden naar zijn daden. Voorwaar, Ik zeg u: Er zijn sommigen onder degenen, die hier staan, die de dood voorzeker niet zullen smaken, voordat zij de Zoon des mensen hebben zien komen in zijn koninklijke waardigheid.” (Matt 16:27-28)
We zien hier dat het oordeel plaats zou vinden nog tijdens het leven van sommigen van de apostelen. Ook Petrus bevestigde dat in zijn brief aan de 12 verloren stammen,
“maar zij zullen daarvan rekenschap moeten geven aan Hem (Jezus), die gereed staat om levenden en doden te oordelen. Want daartoe is ook aan doden het evangelie gebracht, opdat zij wèl, naar de mens, wat het vlees aangaat, zouden geoordeeld worden, doch, naar God, wat de geest betreft, zouden leven.” (1 Petrus 4:5-6)
Hij voegde daaraan toe dat het “einde van alle dingen” nabijgekomen was, dichtbij dus (vers 7). En alsof dat nog niet genoeg was bevestigde hij een paar verzen verderop nog eens het tijdstip wanneer het oordeel zou plaatsvinden,
“Want het is nu de tijd, dat het oordeel begint bij het huis Gods” (vers 17),
waar met het “huis Gods” het oude verbondshuis van God mee bedoeld wordt, het gaat dus over het verbondsoordeel. Al deze teksten hebben duidelijke overeenkomsten met het witte troon oordeel zoals beschreven in Openbaring 20. Over de timing van de het oordeel kan dus geen discussie bestaan, het witte troon oordeel zou plaatsvinden nog tijdens het leven van de generatie van de discipelen van Jezus (Matt 24:34).
We beginnen met het lezen van vers 11,
“En ik zag een grote witte troon en Hem (Jezus), die daarop gezeten was, voor wiens aangezicht de aarde en de hemel vluchtten, en geen plaats werd voor hen gevonden.”
Het witte troon oordeel moeten we niet zien als een daadwerkelijke gebeurtenis. Dit is gewoon een beeld van Jezus die in de “heerlijkheid van zijn Vader” kwam om te oordelen, zoals we ook lazen in Mattheus 16. Wit is hier een beeld is van zuiverheid, waar men van aangezicht tot aangezicht als door vuur gezuiverd wordt, zoals Paulus dat omschreef in de brief aan de Korinthiërs,
“ieders werk zal aan het licht komen. Want de dag zal het doen blijken, omdat hij met vuur verschijnt, en hoedanig ieders werk is, dat zal het vuur uitmaken.” (1 Kor 3:13)
En op hetzelfde moment vluchtten de (oude) aarde en de hemel, ofwel een beeld van het einde van het oude verbond, het leven onder de wet… Er zou een catastrofale verandering van de theocratie plaatsvinden, de oude theocratie zou definitief verwijderd worden, terwijl er op hetzelfde moment een nieuwe theocratie (het nieuwe verbond) zou worden geïnstalleerd (Openb 21). En bij elke nieuwe monarchie (hier het nieuwe verbond), moest zijn heerschappij worden bevestigd door de vijanden van de oude monarchie onder zijn voeten te plaatsen (Rom 16:20; 1 Kor 15:25; Hebr 10:13).
Toen Jezus op aarde kwam, begon Hij Zijn taak door zijn vijanden te verslaan. De laatste vijand die onttroond zou worden was de dood (1 Kor 15:26), en dan praten we de geestelijke dood, door de wet, zoals we lezen in 1 Kor 15,
“Dood, waar is uw overwinning, dood waar is uw prikkel? De prikkel des doods is de zonde en de kracht van de zonde is de wet.” (vers 55-56)
En dan lezen we verder in vers 12 en 13,
“12 En ik zag de (geestelijke) doden, de groten en de kleinen, staande voor de troon, en er werden boeken geopend. En nog een ander boek werd geopend, het (boek) des levens; en de (geestelijke) doden werden geoordeeld op grond van hetgeen in de boeken geschreven stond, naar hun werken. 13 En de zee gaf de (geestelijke) doden, die in haar waren, en de dood en het dodenrijk gaven de (geestelijke) doden, die in hen waren, en zij werden geoordeeld, een ieder naar zijn werken.”
We praten hier over geestelijke doden die nog in leven waren (elk oog zou Hem zien, Openb 1:7), en de fysieke doden uit het dodenrijk (de zgn. levenden en de doden, 1 Petrus 4).
Het boek des levens werd geopend, en van de nog levende (geestelijke) doden die voor de troon (Jezus’ aanwezigheid) stonden werden de boeken geopend en zij werden geoordeeld naar hun werken hetgeen in de boeken geschreven stond, d.w.z. ze hadden het oordeel over zichzelf afgeroepen zoals Jezus zei in begin van Openbaring,
“zij zullen Mij aanschouwen, die zij doorstoken hebben, en over Hem een rouwklacht aanheffen als de rouwklacht over een enig zoon, ja, zij zullen over Hem bitter leed dragen als het leed om een eerstgeborene.” (Openb 1:7)
Dat betreft dan de doden uit de zee (de geestelijke doden onder de 12 stammen uit de heidenvolken), de geestelijke doden (die leefden onder de wet, de Joden) en de fysieke doden uit het dodenrijk, allen werden naar hun werken geoordeeld naar hun werken, zeg maar de generatie vanaf Adam tot aan de wederkomst van Christus 70 NC. En zij die in het boek des levens stonden werden niet geoordeeld… En tenslotte de laatste twee verzen,
“14 En de dood en het dodenrijk werden in de poel des vuurs geworpen. Dat is de tweede dood: de poel des vuurs. 15 En wanneer iemand niet bevonden werd geschreven te zijn in het boek des levens, werd hij geworpen in de poel des vuurs.” (vers 14-15)
Hier lezen we dat de dood (leven onder de wet) en het dodenrijk (als tijdelijk verblijfplaats van de fysieke doden) in het “poel des vuurs” gegooid werden, ofwel hun functies werden beëindigd tegelijk met de verwoesting van Jeruzalem en de tempel. En de “poel des vuurs” was de tweede dood, zowel de fysieke dood, als de dood (beëindiging) van “dood en dodenrijk” (de eerste dood was de geestelijke dood…). En zij die tot 70 na Christus niet geschreven waren in het boek des levens, de mensen die niet op Jezus hadden vertrouwd en in opstand kwamen tegen de Romeinen gingen mee ten onder (naar hun werken geoordeeld) in de “poel des vuurs”: de verwoesting van Jeruzalem en de tempel. En zij die bleven leven (o.a. zij die gevlucht waren naar Paella) hadden deel aan de tweede opstanding, de openbaring van de zonen Gods (Rom 8:19),… de definitieve bevestiging van een leven naar de geest…
Je kan inhoudelijk van mening verschillen over bepaalde aspecten, maar duidelijk is dat deze profetie over het verbondsoordeel niet bedoeld is om in de toekomst te projecteren. Ook heeft het niets te maken met een eeuwig lijden in het hiernamaals waar ongelovigen vervolgens eeuwig zullen branden in een poel van vuur en nooit geen rust meer krijgen…
